Dag 1: probleem vaststellen en idee fase
Op dag 1 ga je in de ochtend in op het probleem. Hierbij is het doel om het probleem helder in kaart te brengen: je bakent het probleem af en kiest de focus voor de Design Sprint.
In de middag ga je aan de slag met het bedenken van oplossingen en ideeën. Iedereen werkt vervolgens één concept individueel uit dat op dag 2 wordt besproken.
Dag 2: beslissen
Alle concepten worden bekeken en er wordt gestemd. Aan het einde van de ochtend wordt er een concept gekozen waarmee de Sprint wordt doorgezet. In de middag wordt er met behulp van een storyboard bepaald wat er op dag 3 geprototyped gaat worden.
Dag 3: prototypen en opzetten van gebruikerstest
Dag 3 staat in het teken van het uitwerken en bouwen van het prototype. Ook wordt er een gebruikerstest opgezet die op dag 4 zal worden uitgevoerd.
Dag 4: testen
Op dag 4 wordt de test met het prototype uitgevoerd. Dit gebeurt meestal met ongeveer vijf gebruikers. Aan het einde van de middag wordt het weekresultaat doorgenomen en worden er volgende actiestappen besproken.
Dit is een algemene opzet van een Sprint. Elke Design Sprint is uniek en wordt gevormd naar aanleiding van de vraag. Zo kan er bijvoorbeeld gekozen worden om twee dagen de tijd te nemen voor het bouwen van het prototype. Ook kan de facilitator nog tijdens het proces bijsturen.